Help broedende vogels in je tuin
Ontzettend leuk: een vogelnest in de tuin! Een hele belevenis om mee te maken: vanaf het eerste takje waarmee een nest wordt gebouwd tot het uitvliegen van het laatste jong. De natuur begint in je achtertuin. 3 tips om rekening mee te houden als uw tuin is uitgekozen om een nest in te bouwen.
1. Voer gedroogde meelwormen
Als jongen vroeg in het seizoen worden geboren, kan het nog koud zijn en insecten moeilijk te vinden voor de ouders. Je kunt dan wat gedroogde meelwormen bijvoeren. Een hardgekookt, geprakt eitje kan ook! De ouders zelf zijn blij met een zaadmengsel, al voeren ze dat niet aan de jongen.
2. Pas op het vogelnest – Snoei veel later
Verstoor het nestje niet, dus stel het snoeien van die struik of boom en de directe omgeving ervan uit tot alle jongen zijn uitgevlogen. Geen probleem om verder gewoon in de tuin te zitten of te werken. Als ze gewend zijn aan jouw aanwezigheid, maakt het ze vaak niet veel uit.
Onverwachte activiteiten zoals een tuinfeest of een team bouwvakkers kunnen wel snel verstorend werken. Gun broedende vogels zoveel mogelijk rust.
3. Gun jonge vogels rust
Als de jongen zijn uitgevlogen, blijven ze nog een tijd in de buurt rondhangen om op eigen benen te leren staan. Ze kijken de kunst af van de ouders, die precies laten zien wat ze kunnen eten en waar ze dat kunnen vinden.
De eerste dagen kan het ook voorkomen dat de jongen nog niet kunnen vliegen en vrij hulpeloos in de tuin zitten. Dat is normaal! Gun ze vooral de rust en houdt de kat dan een paar dagen binnen (of vraag de buren dat te doen). De ouders komen voeren en na een paar dagen lukt het vliegen ook!
Bron: Vogelbescherming Nederland