Welke eetbare plant gaat u proeven?
De zon schijnt, het is bijna zomer, dus de ideale tijd voor wandelingen door de natuur (of als u een grote tuin hebt, door uw eigen tuin)! Tijdens deze wandeling komt u veel eetbare planten tegen, want Nederland staat er vol mee. Uiteraard moet u wel de nodig kennis hebben voordat u een plantje in de mond stopt. Wij hebben voor u een beginnersoverzicht gemaakt, zodat u weet welke planten er geplukt en gegeten kunnen worden.
Wilde marjolein – Beter bekend als oregano. Uiteraard word alleen het blad gebruikt, maar deze plant staat wel mooi in de siertuin. Oregano is een van de belangrijkste bestandsdelen van pizza kruiden en heeft een kruidige, lichtzoete smaak.
Brandnetel – Ongeveer de bekendste eetbare plant. Naast thee kan er ook soep van maken worden of gebruik de bladeren voor een stamppot. Wat de brandnetel tot een vrij unieke groente maakt is dat er vitamine D in zit, wat in ander eten zelden voorkomt. Wilt u niet geprikt worden door de plant? Pak de bladeren dan aan de onderkant vast.
Paardenbloem – Het blad van paardenbloemen kan verwerkt worden in salades, soepen en curry’s. De bladeren smaken licht bitter, maar hoe ouder de blaadjes, hoe bitterder de smaak is. Ook de bloem is rauw, gepaneerd of gefrituurd te eten. Deze is zoet en knapperig.
Madeliefje – Dit ziet er niet alleen vrolijk uit op het bord, werkt ook kalmerend bij krampen. De bladeren, bloemen en bloemknoppen zijn allemaal op hun eigen manier te verwerken in recepten.
Welke planten heeft u al eens geproefd?
Teunisbloem – De jonge bladeren en stengels zijn te eten als groente. Zelfs de wortels kunnen gekookt worden. Na bereiding worden de wortels licht roze van kleur. Verschillende bronnen beweren dat het naar ham zou smaken, of dat waar is is aan u om te testen!
Zevenblad – Niet de prettigste plant (onkruid) om in de tuin te hebben, maar als hij er dan toch staat kan u de bladeren op verschillende manieren conusmeren. Ze smaken naar peterselie en u kan er pesto, soep of een stamppot van maken. Ook lekker bij de kip op de barbecue.
Japanse duizendknoop – Deze plant smaakt na bereiding naar rabarber en u maakt het eigenlijk ook op dezelfde manier klaar. Zorg wel dat er na het plukken geen bloemen, wortels of andere delen buiten de vindplaats slingeren.
Hondsdraf – Een kopje thee met gedroogde hondsdraf werkt goed tegen hoest en bronchitis. De beste tijd om de blaadjes te plukken is in de lente, de kruiden hebben dan een sterkere werking. Hondsdraf heeft een sterke smaak, dus gebruik het altijd met mate.
Welke eetbare plant komt u vaak tegen?
Kleine veldkers – Deze plant is eigenlijk overal te vinden, ook tussen de stenen en de stoeptegels. De kleine veldkers smaakt een beetje peperachtig en bevat vitamine C. Als u hier pesto mee wilt maken kunt u de basilicum vervangen door bladeren van de kleine veldkers.
Smeerwortel – Eet bij voorkeur de jonge blaadjes. Snij deze en voeg ze toe aan een salade, smoothie of soep. Voor vegetariërs is deze plant vooral goed om te eten. Vitamine B12 is iets wat deze plant veel bevat, wat verder eigenlijk alleen in vlees voorkomt.
Witte dovenetel – Een zoetekauw kan dit plantje eigenlijk niet laten staan. De bloemen zijn van alle soorten eetbaar en de jonge blaadjes zijn het meeste geschikt voor salades of in de soep na kort koken. Van het gedroogde blad kan ook thee gemaakt worden.
Grote lisdodde – Niet meteen de eerste plant waar aan gedacht wordt om te eten, maar de wortelstokken die onder water groeien zijn prima te eten. Ook kunnen de zaden die onder het pluizige gedeelte zitten geroosterd worden. Let wel op dat u zeker weet dat het water niet vervuild is!
0 reacties